component
|
beschrijving
|
|
Betekenis
|
Geef aan op welke manier je de inhoud van de
opdracht hebt verwerkt? Vertel daarbij ook welke associaties je hebt gehad
bij het onderwerp.
De Bozbezbozzel- ruimtelijke constructie:
Tijdens de voorbereiding van deze opdracht was ik aan het
bladeren door verschillende tijdschriften. Ik heb thuis bijna alleen maar modetijdschriften
dus het was erg lastig om drie collages te maken. Daarom heb ik er voor
gekozen om het bij één collage te houden. Het is uiteindelijk wel een dier
geworden maar het leverde voor mij niet het gewenste resultaat op. Ik ben daarom
dus onderzoek gaan doen op internet over mythologische wezens, hierdoor kreeg
ik een beter beeld bij de opdracht. Tijdens het voorbereiden van de opdracht
vond ik het een vreemde opdracht. Ik zag er eigenlijk een beetje tegenop
omdat ik vroeger nooit zo goed was in ruimtelijke constructie. Ik hou
eigenlijk meer van verven en tekenen, dit kwam er bij deze opdracht niet echt
in terug. Maar ik gaf het een kans en ben samen met Jari aan de slag gegaan.
|
|
Vorm
|
Leg aan de hand van je resultaat uit welke
beeldaspecten je hebt toegepast. Waar in het werk is dat goed te zien? (eventueel
detailfoto’s toevoegen).
We zijn begonnen met het vormgeven van het dier door
middel van een schets. Onze schets was niet heel erg uitgebreid omdat we er samen vrij snel over eens waren hoe ons dier er uit kwam te zien. We hebben de
volgende beeldaspecten toegepast:
-
Het lijf van het dier is
rond maar de vinnen van het dier hoekig
-
Het dier is ruimtelijk
door de opbouw en de constructie
-
We hebben het dier
symmetrisch gemaakt door aan beide kanten dezelfde maten te gebruiken
Het dier heeft een expressieve samenstelling van
ledematen, waardoor het erg interessant is om naar te kijken.
|
|
Materie
|
Met welk materiaal heb je gewerkt? Wat vond je
van het gebruik van dat materiaal? Had je een nog andere materialen of
gereedschappen willen gebruiken en zo ja waarom?
Ik heb gewerkt met het volgende materiaal:
-
Papier
-
Potlood
-
Stanleymes
-
Liniaal
-
Afbreekmesje
Ik vond het werken met het afbreekmesje erg lastig. Je
moest veel kracht zetten en het was moeilijk om ronde vormen uit te snijden,
bijvoorbeeld de poten. Ik ben toen overgestapt op het stanleymes, hiermee kon
ik de ronde vormen beter uitsnijden. Het was best lastig om met dit materiaal te
werken omdat je geen schaar mocht gebruiken, hierdoor was het een soort
uitdaging om het dier op tijd af te krijgen. Gelukkig is dit gelukt en hebben
we het dier ook nog in elkaar kunnen zetten.
|
|
Welke beelden heb je gebruikt om je te laten
inspireren over het onderwerp? Welke beelden hebben je goede informatie
gegeven over de beeldaspecten? Welke voorbeelden hebben je op een spoor gezet
voor het werken met het materiaal en de techniek? Geef aan waar je dat in het
werk duidelijk terugziet (eventueel detailfoto’s toevoegen).
Zoals ik al eerder aangaf heb ik onderzoek gedaan via internet. Ik kwam erachter dat je veel verschillende soorten dieren kunt
gebruiken voor dit onderwerp. Je kunt alles eigenlijk wel bij elkaar mengen
en het geeft een mythologisch effect. Wel is het van belang dat je verschillende
diersoorten bij elkaar voegt, bijvoorbeeld een kat en een hond. Dit levert
het mooiste effect op. Zo zijn wij ook aan de slag gegaan en hebben een mix
van een olifant, vogel, krokodil en een varken gemaakt. Als ik terugkijk naar
ons ruimtelijk dier ben ik zeer tevreden over het resultaat. Wel zou ik de
volgende keer andere poten onder het dier zetten. Deze poten lijken erg op de
poten van een olifant waardoor het lichaam nog erg de vorm heeft van een
olifant.
|
||
werkwijze
|
Had je al eens eerder met dit materiaal en deze
techniek gewerkt? Wat heb je daarover nieuw ontdekt? Wat vond je lastig?
Ik heb op de basisschool wel eens gewerkt met een
stanleymes. Ik kan me herinneren dat ik vroeger wel eens in mijn hand heb
gesneden, ik vond het vroeger niet zo leuk om met deze techniek te werken. Nu ik wat
ouder ben en meer geduld heb lukte het een stuk beter maar vond ik het nog
steeds moeilijk. Ik vond de samenwerking met Jari erg goed gaan. We hadden
allebei onze eigen taken en bij problemen vulden we elkaar goed aan.
|
|
onderzoek
|
Beschrijf en laat met beelden zien welke stappen
je in het werkproces hebt gezet. Welke keuzes heb je gemaakt en waarom? Hoe
heb je de andere 5 componenten in dit proces meegenomen?
De eerste stap in het proces was schetsen. Tijdens dit
proces zijn we vorm gaan geven aan
het dier. Hierbij was het belangrijk dat de dierlijke elementen zichtbaar waren. De tweede stap in het proces was de taken verdelen en starten met het
uitsnijden. Tijdens dit proces was het erg belangrijk dat je de juiste werkwijze toepaste. Het dier moest een
ruimtelijk effect hebben. We hebben daarom alles twee keer uitgesneden en aan
elkaar verbonden door middel van tussenstukjes. Voor de tussenstukjes en het
lijf hebben we wat steviger materiaal
gebruikt zodat het dier bleef staan. Dit is te zien op de tweede foto bij
het kopje 'vorm'. De laatste stap was het in elkaar zetten van het ruimtelijk
dier. Hierbij was de samenwerking van groot belang omdat anders het dier in
elkaar zou storten. We waren erg blij om te zien dat we de juiste constructie
hebben gebruikt en het dier bleef staan.
|
|
eindoordeel:
|
||
Wat vind je geslaagd? Leg uit.
|
Ik vind de vormen van het dier erg mooi. We hebben de opdracht goed uitgewerkt omdat het dier een ruimtelijk
effect heeft.
|
|
Wat kon beter? Waarom?
|
Zoals ik al eerder aangaf zou ik de poten van het dier
anders maken de volgende keer. Nu lijken de poten erg op die van een olifant.
Het is leuker als het bijvoorbeeld de poten van een kip zijn.
|
Geef van minimaal één door jou gebruikt beeld aan wat de functie
is en beschrijf waarom je dat vindt.
Beeld
|
Functie
|
Beschrijving
|
De
tweede afbeelding die ik geplaatst heb bij beschouwing.
|
De
foto is een voorbeeld van een mythologisch wezen.
|
Ik
vind dit een goed voorbeeld van een mythologisch wezen omdat er verschillende
dieren in terugkomen en het mij geholpen heeft om een beeld te krijgen bij
deze opdracht.
|
Onna, J. v., & Jacobse, A. (2013). In Laat
maar zien (p. 56). Groningen/ Houten: Noordhoff Uitgevers.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten