Lesopbouw
|
||
Oriëntatie
|
(Les opening; doel van de les
verhelderen, wat weten de kinderen al van dit onderwerp?)
-
Tijdens de oriëntatie vraag ik aan de kinderen wat zij verstaan onder een
droomboom. Hierover hou ik een kort klassengesprek.
-
Doel van de les: aan het eind van de les kennen de kinderen het lied de
droomboom.
|
|
Uitleg / Instructie
|
(Wat doe jij? Wat zeg je? Hoe
bewaar je de orde? (welke regels herhaal je?). Hoe houd je het overzicht over
de groep?)
- Voordat we gaan starten met
zingen gaan we eerst de stem opwarmen. Hierbij is het belangrijk dat de
kinderen letten op hun houding, ademhaling, resonans en articulatie.
-We zingen het lied Olga bldz. 346
(Haverkort,F,Lei v.d., Noordam, L, 2010 Eigenwijs, SMV, Born)
-Als de kinderen klaar zijn met
de warming-up stel ik de volgende luistervraag; Waar gaat het volgende lied
over?
-Voorzingen van het lied.
-Klassikaal bespreken van de
luistervraag.
-De volgende luistervraag
stellen; Wat groeit er allemaal aan de droomboom?
-Herhalen van het lied.
-Terugkomen op de tweede
luistervraag.
Inzingen van het
lied de droomboom
Lied; de droomboom bldz. 258
(Haverkort,F,Lei v.d., Noordam, L, 2010
Eigenwijs, SMV, Born)
-Het inzingen van het lied
wordt afwisselend uitgevoerd ( de weggeefmethode)
-Aanleren van het refrein;
Ik: heel voorzichtig in mijn droom
- Groep: klim ik
langzaam in die boom,
Ik: ben ik boven wat een pret – Groep: krak, boem, naast
mijn bed.
Ik: heel voorzichtig in mijn droom,
klim ik langzaam in die boom,
Groep: ben ik
boven wat een pret krak, boem, naast mijn bed.
Groep: heel
voorzichtig in mijn droom, klim ik langzaam in die boom, ben ik boven wat een
pret krak, boem, naast mijn bed.
-Aanleren van het couplet;
Ik: in onze achtertuin, daar staat een hele hoge boom
Groep: die is niet als de andere zo heel gewoon,
Ik: want aan het kleinste takje, daar groeit een klein gebakje
Groep: en zie
ik dat dan denk ik dat ik droom
Ik: in onze achtertuin, daar staat een hele hoge boom
die is niet als de andere zo heel gewoon,
Groep: Want
aan het hoogste takje, daar groeit een klein gebakje
en zie ik dat dan denk ik dat
ik droom
Groep: in onze achtertuin, daar staat een hele hoge boom
die is niet als de andere zo heel gewoon,
want aan het hoogste takje, daar groeit een klein gebakje
en zie ik dat dan denk ik dat ik droom
-Laat de groep het lied helemaal zingen.
-Vervolgens in kleine groepjes.
|
(Wat doen de kinderen? Nadenken,
antwoorden, schrijven, luisteren, opruimen, etc.)
- actieve participatie tijdens
de warming-up
-zingen
-luisteren
-beantwoorden van de vragen
-luisteren
-zingen
|
Afsluiting
|
(Feedback en evaluatie)
-De volgende vraag stellen aan
de kinderen;
Welk stukje in het lied vonden
jullie leuk om te zingen en waarom?
|
Bibliografie
Haverkort, F., van der Lei, R.,
& Noordam, L. (2010). In eigen-wijs (p. 13). Born: SMV.
van der Lei, R., Haverkort, F., &
Noordam , L. (2016). In Muziek Meester! (pp. 67-75). Amersfoort:
ThiemeMeulenhoff.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten